Ze werd geboren op een suikeronderneming in het oude Indië. Niet dat ze thuishoorde in de wereld van planters, in het gezin waar zij opgroeide draaide alles om muziek en mode. Moeder was couturier, vader speelde viool en broer piano. Haar Indische jeugd stond in het teken van zowel de klassieke als de moderne cultuur. De jonge Lilly van Zele verslond boeken en wilde als meisje niets liever dan schrijven. Bij Nederlandstalige kranten volgde ze de leerschool van letterzetter tot journalist.
Na de Japanse bezetting leerde ze de schrijver Jan Boon kennen, die bekend zou worden onder het pseudoniem Tjalie Robinson - zij zelf koos in die tijd voor de naam Lilian Ducelle. Met hem zwierf ze over de archipel in de turbulente jaren van de dekolonisatie. Beiden hadden hun pen, hun talent en bijbaantjes om het gezin te onderhouden. Na de overtocht naar Nederland volgden moeizame jaren. Als Indische journaliste stuitte zij op wantrouwen over haar vermogen in het Nederlands te schrijven. Vandaar dat zij, na een avontuur in de mode, haar toevlucht nam tot een baan op kantoor. Sporadisch schreef zij in het door haar man opgerichte blad Tong Tong.
Begin jaren zestig volgde het gezin in het spoor van vele landgenoten naar de Verenigde Staten. In Whittier, Californië, volgden vijf jaren met een gouden randje. Naast haar werk gaf zij, samen met haar echtgenoot, het blad The American Tong Tong uit. In het hart van de Indische gemeenschap en ver van Nederland voelde zij zich thuis en welkom, maar zakelijke tegenslag overzee noopte tot een terugkeer. Zij heeft zich toen ingespannen om met een klein team van vrijwilligers het noodlijdende tijdschrift Tong Tong te saneren. Na de dood van haar man nam zij de leiding over en veranderde de naam van het blad in Moesson. Ook leidde zij jarenlang de gelijknamige uitgeverij. De onderneming is lang in handen van de familie gebleven, ook na haar pensionering, en altijd heeft zij een bijdrage geleverd met prikkelende stukken. (W.Willems)